stichtte aan
- sticht·te aan
vervoeging van |
---|
aanstichten |
stichtte aan
- enkelvoud verleden tijd van aanstichten
- Ik stichtte aan.
- Jij stichtte aan.
- Hij, zij, het stichtte aan.
- Ik stichtte aan.
- Het woord stichtte aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.