stak aan
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stak aan
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aansteken |
stak aan
- enkelvoud verleden tijd van aansteken
- Ik stak aan.
- Jij stak aan.
- Hij, zij, het stak aan.
- Ik stak aan.
Gangbaarheid
- Het woord stak aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.