• sprak uit
vervoeging van
uitspreken

sprak uit

  1. enkelvoud verleden tijd van uitspreken
    • Ik sprak uit. 
    • Jij sprak uit. 
    • Hij, zij, het sprak uit. 
     Belangenorganisatie COC zegt dat ook de regenbooggemeenschap waardering had voor hem, omdat hij homoseksualiteit en transgender personen een stuk minder veroordeelde dan zijn voorgangers. "Hij sprak geen oordeel uit over lhbti+, hij stond de zegen voor paren van gelijk geslacht toe, net als de doop voor transgender mensen. Dat is door veel mensen in de regenbooggemeenschap zeer gewaardeerd", zegt een woordvoerder van COC tegen het ANP.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 21 april 2025 Weblink bron “Bedroefde reacties op dood van paus: 'Miljoenen mensen geïnspireerd'” (21 april 2025), NOS