sporttotalisatoren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sporttotalisatoren (hulp, bestand)
- IPA: / ˈspɔrtotaliˌzatorə(n) / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- sport·to·ta·li·sa·to·ren
Woordherkomst en -opbouw
- sporttotalisator met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de sporttotalisatoren mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord sporttotalisator
- ▸ De Nederlandse sporttotalisatoren keren het grootste deel van de inzet direct weer uit aan de winnaars.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord sporttotalisatoren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Jochen van Barschot“Met meer kennis meer kans; Markt voor wedden op sportuitslagen in het slop geraakt” (5 december 1998) op nrc.nl