sperren
- sper·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
sperren |
sperde |
gesperd |
zwak -d | volledig |
sperren
- wijd open zetten
- De beide dieren sperren hun muil wijd open.
- blokkeren, afsluiten
- Twee vrachtauto's sperren de weg.
- Het woord sperren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sperren" herkend door:
77 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be