snezen
- sne·zen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
snezen |
sneesde |
gesneesd |
zwak -d | volledig |
snezen
- overgankelijk stelen, helen, verdonkeremanen
- M'n fiets is weer eens gesneesd...
- Het woord snezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "snezen" herkend door:
12 % | van de Nederlanders; |
17 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be