Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Voorkeuren
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
sleepten af
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Woordherkomst en -opbouw
1.4
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
sleepten af
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
sleep·ten af
Woordherkomst en -opbouw
uit
sleepten
(
werkwoord
) en
af
, hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van
afslepen
sleepten (...) af
meervoud verleden tijd van
afslepen
Wij
sleepten
af
.
Jullie
sleepten
af
.
Zij
sleepten
af
.