• slaap door
vervoeging van
doorslapen

slaap (...) door

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorslapen
    • Ik slaap door. 
  2. gebiedende wijs van doorslapen
    • Slaap door! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorslapen
    • Slaap je door?