schotbalkje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schotbalkje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsxɔdbɑləkjə / (3 of 4 lettergrepen)
Woordafbreking
- schot·balk·je
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
het schotbalkje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schotbalk
Gangbaarheid
- Het woord schotbalkje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.