• sa·fa·ri·gan·gers

de safarigangersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord safariganger
     De Afrikaanse buffel, ook bekend als kafferbuffel, hoort bij de ‘big five’, de dieren die safarigangers graag willen zien en jagers graag willen schieten: buffel, neushoorn, olifant, luipaard en leeuw.[1]
  1.   Weblink bron “Afrikaanse buffel Horizon is tien miljoen euro waard” (16 februari 2016) op nrc.nl