Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rok·kens

Zelfstandig naamwoord

de rokkensmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord rokken


Noors

Woordafbreking
  • rok·kens
Naar frequentie > 50000

Zelfstandig naamwoord

rokkens, m

  1. bepaalde vorm genitief enkelvoud van rokk

Zelfstandig naamwoord

rokkens, m

  1. bepaalde vorm genitief enkelvoud van rokke
Schrijfwijzen