ramshorens
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ramshorens (hulp, bestand)
- IPA: /ˈrɑmshorəns/, /ˈrɑmshorns/
Woordafbreking
- rams·ho·rens
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van ramshoren met de uitgang -s
Zelfstandig naamwoord
de ramshorens mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord ramshoren