Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • quar·té
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans
enkelvoud meervoud
naamwoord quarté quartés
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de quartém

  1. weddenschap op vier paarden

Gangbaarheid

39 % van de Nederlanders;
39 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be