Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • prees aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanprijzen

prees aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanprijzen
    • Ik prees aan. 
    • Jij prees aan. 
    • Hij, zij, het prees aan. 


Gangbaarheid