prees aan
- prees aan
vervoeging van |
---|
aanprijzen |
prees aan
- enkelvoud verleden tijd van aanprijzen
- Ik prees aan.
- Jij prees aan.
- Hij, zij, het prees aan.
- Ik prees aan.
- Het woord prees aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.