Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • poo·ler
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Engels
enkelvoud meervoud
naamwoord pooler poolers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de poolerm

  1. iemand die iets deelt met een ander
  2. iemand die poolbiljart speelt
    • Zilveren medaille voor pooler Bijsterbosch: Hij was op weg om zijn tweede gouden medaille in de wacht te slepen op het Europese kampioenschap pool, maar Marc Bijsterbosch moest in de finale van het 8-ball buigen voor de Fin Jani Uski. Woensdagavond wist hij wel het goud te bemachtigen in het onderdeel 10-ball. [1] 
    • Voor een beginnend pooler is het in eerste instantie van belang om met wit de gekleurde bal goed te raken", vertelt Woo. "Want het gaat echt om de plek waar je die bal raakt. Zie je deze gekleurde bal? Als ik hem in die pot wil schieten moet-ie door wit op deze plek worden geraakt. Maakt niet uit vanaf welke hoek je met wit stoot. Raak 'm op deze plek en hij zit. Als je dat eenmaal beheerst kun je verder." [2] 
    • Poolbiljarten is geen sport maar een spel. Voor cafébezoekers die biljart spelen, geldt er dus geen rookverbod. Met die stelling maakt het Gentse hof van beroep een einde aan een discussie die de Belgische poolers én de horeca bezighield. [3] 
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

81 % van de Nederlanders;
72 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. De Telegraaf 25 mrt. 2017 Zilveren medaille voor pooler Bijsterbosch
  2. Tubantia 07-02-08 Twee minuten en de tafel is leeg...
  3. De Standaard 01/10/2009 door sdg 'Poolbiljart is geen sport'
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be