ploeter voort
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ploeter voort (hulp, bestand)
- IPA: / ˈplutər ˈvort / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- ploe·ter voort
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
voortploeteren |
ploeter (…) voort
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortploeteren
- Ik ploeter voort.
- gebiedende wijs van voortploeteren
- Ploeter voort!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortploeteren
- Ploeter je voort?
- Maar ik zwoeg aan, buffel noest verder en ploeter gestaag voort. [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'ploeter voort' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Gommers, L."Het uurwerk van Floor" in: Parmentier. jrg. 7 nr. 2 (1996) Stichting Randschrift, Nijmegen; p. 39; geraadpleegd 2018-10-07