pleet
- pleet
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘metaal dat met laagje edelmetaal is bedekt’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1807 [1] [2][3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pleet | - |
verkleinwoord | - | - |
het pleet o
- metaal dat met laagje edelmetaal is bedekt
- Het woord pleet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pleet" herkend door:
27 % | van de Nederlanders; |
19 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ "pleet" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ pleet op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be