planmatigheid
- plan·ma·tig·heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | planmatigheid | planmatigheden |
verkleinwoord |
de planmatigheid v
- de mate waarin men handelt volgens een plan
- iets dat getuigt van het hebben van een plan
- Het woord planmatigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.