pataren
- pa·ta·ren
- van laat Latijn patarenus zn "voddenraper", een door hun tegenstanders gebruikte scheldnaam
pataren m
- (religie) (christelijk)
- aanhanger van een christelijke stroming uit de 11e eeuw in Noord-Italië, die zich verzette tegen corruptie in de kerk, ook wel gebruikt als aanduiding voor de daarop volgende beweging van de Katharen
- van de 12e tot de 15e eeuw gebruikte benaming voor een Bosnische christen