pastechi
- pas·te·chi
- uit het Antiliaans - Nederlands [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pastechi | pastechi's |
verkleinwoord |
- (voeding) gerecht van fijn vlees en brooddeeg
- ▸ Hartige hapjes zijn pastechi (pasteitjes met vis, vlees of kaasvulling), empaná (pasteitjes van maïsmeel) en kala (een hartig, gebakken hapje van gemalen bonen).[2]
- Het woord pastechi staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ pastechi op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron “Curaçaose keuken” (geraadpleegd 9 september 2021), Wikipedia