paalden aan
- Geluid: paalden aan (hulp, bestand)
- paal·den aan
vervoeging van |
---|
aanpalen |
paalden (...) aan
- meervoud verleden tijd van aanpalen
- Wij paalden aan.
- Jullie paalden aan.
- Zij paalden aan.
- Wij paalden aan.
- Het woord 'paalden aan' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.