Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·ver·won·de
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

onverwonde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van onverwond
     De kankerzwam is een wondparasiet, kan zich niet vestigen op onverwonde takken of stammen.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    P.K.
    Land- en Tuinbouw. De kankerziekte in fruitboomen. in: Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche Courant, jrg. 160 nr. 125 (30 mei 1931), p. 7 kol. 4