• ont·ze·geld
  • vervoeging van ontzegelen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van: ontzegelen…
verbogen vorm: ontzegelde

ontzegeld

  1. voltooid deelwoord van ontzegelen
95 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be