• ont·voogd
  • vervoeging van ontvoogden: de stam zonder -d omdat de stam al op -d eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van
ontvoogden

ontvoogd

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontvoogden
    • Ik ontvoogd. 
  2. gebiedende wijs van ontvoogden
    • Ontvoogd! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontvoogden
    • Ontvoogd je? 
vervoeging van: ontvoogden…
verbogen vorm: ontvoogde

ontvoogd

  1. voltooid deelwoord van ontvoogden
80 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be