ontlerende

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ontlerende    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ont·le·ren·de

Werkwoord

vervoeging van:	ontleren
verbogen vorm:	ontlerendee

ontlerende

1. verbogen vorm van ontlerend, het onvoltooid deelwoord van ontleren

Gangbaarheid

• Het woord ontlerende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.