Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·ge·klop·te
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

ongeklopte

  1. verbogen vorm van de stellende trap van ongeklopt
     Klop de rest van de ongeklopte slagroom stijf.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Anne Scheepmaker
    “Aardbeienijs-terrine” (5 mei 2008) op nrc.nl