onbeschermdere
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: onbeschermdere (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɔnbəˌsxɛrmdərə/
Woordafbreking
- on·be·scherm·de·re
Woordherkomst en -opbouw
- onbeschermder met de uitgang -e
Bijvoeglijk naamwoord
onbeschermdere
- verbogen vorm van de vergrotende trap van onbeschermd