• IPA: /ɒn ðə biːt/
  • on the beat

on the beat

  1. op pad
    «Women climb the ranks: Two female sergeants are now in charge of police officers on the beat in East Manukau.»
    Vrouwen maakten promotie: Twee vrouwelijke sergeanten zijn nu verantwoordelijk voor de politieagenten op pad in Oost Manukau.