Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • oe·fen·toet·sen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de oefentoetsenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord oefentoets
     Psycholoog Mart Visser, gespecialiseerd in de Citotoets, betreurt het dat veel basisscholen een groot deel van groep 8 besteden aan oefentoetsen.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Derk Walters
    “Alles om te ‘slagen’ voor de Citotoets” (5 februari 2007) op nrc.nl