nyokap

  1. moeder


  • nyo·kap
  • in Prokem, het Indonesisch bargoens van de jaren '80 van de twintigste eeuw, gevormd uit ibu, "moeder", met het tussenvoegsel -ok- na de eerste medeklinker en weglating van de uitgang -u: iokbu, waaraan voor het uitspreken een n-klank en een a-klank zijn toegevoegd: niokab, wat in een normale spelling is weer te geven als 'nyokap'

nyokap

  1. (informeel) moeder