Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • noem·den op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opnoemen

noemden op

  1. meervoud verleden tijd van opnoemen
    • Wij noemden op. 
    • Jullie noemden op. 
    • Zij noemden op. 


Gangbaarheid