Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /ɲɪtʃiːm/
Woordafbreking
  • ni·čím

Onbepaald voornaamwoord

ničím

  1. instrumentalis van nic

Bezittelijk voornaamwoord

ničím

  1. locatief bezield mannelijk enkelvoud van ničí
  2. locatief onbezield mannelijk enkelvoud van ničí
  3. locatief onzijdig enkelvoud van ničí
  4. instrumentalis bezield mannelijk enkelvoud van ničí
  5. instrumentalis onbezield mannelijk enkelvoud van ničí
  6. instrumentalis onzijdig enkelvoud van ničí
  7. datief bezield mannelijk meervoud van ničí
  8. datief onbezield mannelijk meervoud van ničí
  9. datief vrouwelijk meervoud van ničí
  10. datief onzijdig meervoud van ničí

Werkwoord

ničím

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord ničit