natscheten
- Geluid: natscheten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈnɑtsxetə(n) / (3 lettergrepen)
- nat·sche·ten
- natscheet met uitgang -en
de natscheten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord natscheet
- Toen de hond begon te blaffen, renden de natscheten alle kanten uit.
- Het woord 'natscheten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.