naaiden vast
- naai·den vast
vervoeging van |
---|
vastnaaien |
naaiden (...) vast
- meervoud verleden tijd van vastnaaien
- Wij naaiden vast.
- Jullie naaiden vast.
- Zij naaiden vast.
- Wij naaiden vast.
- Het woord naaiden vast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.