Oudhoogduits

Woordherkomst en -opbouw
  • Ontleend aan het Latijnse zelfstandige naamwoord nóna

Zelfstandig naamwoord

nóna, v

  1. (tijdrekening) het negende uur van de lichte dag, gerekend vanaf 6 uur in de ochtend
  2. (religie) het negende uur, gerekend vanaf de vroegmis om 3 uur in de nacht, om 's middags de nonen te bidden
Verbuiging
  • v (ó), sterk
Afgeleide begrippen
Overerving en ontlening