moffelen
- mof·fe·len
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
moffelen |
moffelde |
gemoffeld |
zwak -d | volledig |
moffelen
- overgankelijk lakken en in een moffeloven drogen/bakken waardoor een harde deklaag ontstaat [1]
- overgankelijk emailleren
- overgankelijk wegwerken, doen verdwijnen [2] [3]
- Het woord moffelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "moffelen" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.