meefietsend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: meefietsend (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmefitsənt / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈme.fit.sənt/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈme.fit.sənt/
Woordafbreking
- mee·fiet·send
Werkwoord
vervoeging van: | meefietsen |
verbogen vorm: | meefietsende |
meefietsend