maft
- Geluid: maft (hulp, bestand)
- IPA: / mɑft / (1 lettergreep)
- (Noord-Nederland): /mɑft/
- (Vlaanderen, Brabant): /mɑft/
- (Limburg): /mɑf/
- maft
vervoeging van |
---|
maffen |
maft
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maffen
- Jij maft.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van maffen
- Hij maft.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van maffen
- Maft!
- Het woord maft staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.