• lusch·di·gi
  • Pennsylvania-Duitse bijvoeglijke naamwoordsvorm met het achtervoegsel -ig

luschdigi

  1. onbepaald (zonder lidwoord) nominatief en accusatief vrouwelijk enkelvoud stellende trap van luschdig

luschdigi

  1. onbepaald nominatief en accusatief vrouwelijk enkelvoud stellende trap van luschdig