Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lub·ben·kra·gen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de lubbenkragenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord lubbenkraag
     Bij deze volumineuze toiletten werden lubbenkragen van enorme afmetingen gedragen, terwijl tevens een nieuwe platte kraag ingang begint te vinden, die uit verschillende delen is samengesteld en vaak een waar kunstwerk vormt van ijl dundoek en ragfijne kant.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Kinderen-Besier, J.H. der
    “Modespiegeltje uit de Gouden Eeuw” (1948), Nijgh & Van Ditmar N.V., Rotterdam / 's-Gravenhage, p. 16