Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • loef·de aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanloeven

loefde (…) aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanloeven
    • Ik loefde aan. 
    • Jij loefde aan. 
    • Hij, zij, het loefde aan. 

Gangbaarheid