Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • leb·lam·me·tjes
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de leblammetjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord leblam
    • Zo blijven de leblammetjes die door mijn vrouw met de hand zijn grootgebracht hun hele leven heel aanhankelijk. [1]

Gangbaarheid

Verwijzingen