• lauw·tjes

lauwtjes

  1. zonder uitbundig enthousiasme
    • De Amerikaanse Republikeinse partij heeft gisteravond lauwtjes gereageerd op de uitnodiging van president Obama voor een overleg op het Witte Huis over verruiming van het kredietplafond voor de Amerikaanse overheid. Obama maakte de invitatie gisteravond bekend tijdens een praatje over de begroting. [1] 
    • De Nikkei-index in Tokio is vrijdag met verlies de handel uitgegaan. Ook elders in Azië kleurden koersborden rood. De investeringshonger onder beleggers werd gestild door de hoge dollarkoers. Die zorgde er onder meer voor dat olie goedkoper werd, wat het sentiment wat drukte. De nieuwe spelcomputer van Nintendo werd door beleggers in Japan lauwtjes ontvangen. [2] 
    • Het album is door critici lauwtjes ontvangen. Maar ingewijden voorspellen dat het album wel eens op nummer 1 van de Billboard 200-lijst zou kunnen binnenkomen. Zo zouden er deze week tussen de 200- en 225.000 exemplaren van Witness zijn verkocht. Of Perry op nummer 1 komt blijft nog even spannend: de bijgewerkte lijst van de Billboard 200 wordt op 18 juni bekend gemaakt. [3] 
91 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[4]