• lap·pet
  • Afgeleid van het Noorse werkwoord lappe met het achtervoegsel -t.
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud lappet mer lappet mest lappet
o enkelvoud lappet
meervoud lappete
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
lappete mer lappet mest lappet

lappet

  1. versteld
    «Lappete bukser, gjerne med lapper i flere forskjellige farger, er igjen i vinden.»
    Verstelde broeken, vaak met lappen in verschillende kleuren, zijn weer populair.
  2. gelobd
    «Bukspyttkjertelen er lappet
    De alvleesklier is gelobd.
  3. (plantkunde) (bij bladeren) gelobd (met diepe insnijdingen die niet verder gaan dan de helft van het blad)



lappet

  1. verouderde spelling of vorm van lappete tot 2012
(verouderd) onbepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van lappet