• løf·ter

løfter

  1. tegenwoordige tijd van løfte

løfter, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van løfte


  • løf·ter
  • Zelfstandig naamwoord: afleiding van het Noorse werkwoord løfte met het achtervoegsel -er
Naar frequentie 3635

løfter

  1. tegenwoordige tijd van løfte

løfter

  1. (gereedschap) hefwagen


  • løf·ter

løfter

  1. tegenwoordige tijd van løfte