kwamen samen
- Geluid: kwamen samen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkwamə(n) ˈsamə(n) / (4 lettergrepen)
- kwa·men sa·men
vervoeging van |
---|
samenkomen |
kwamen (…) samen
- meervoud verleden tijd van samenkomen
- Wij kwamen samen.
- Jullie kwamen samen.
- Zij kwamen samen.
- Wij kwamen samen.
- Het woord kwamen samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.