Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • kvit·rin·ger
Woordherkomst en -opbouw
  • Noorse zelfstandignaamwoordsvorm met het achtervoegsel -ing en met de woorduitgang -er
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

kvitringer

  1. nominatief onbepaald mannelijk en vrouwelijk meervoud van kvitring