kruimeltaartjes
- Geluid: kruimeltaartjes (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkrœyməlˌtarcəs / (4 lettergrepen)
- krui·mel·taart·jes
- kruimeltaartje met uitgang -s
de kruimeltaartjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kruimeltaart
- ▸ Maria maakte ook challe, en vorschmack (haringpastei), en bonenzimmes, en kruimeltaartjes met een vulling van zwartepruimenjam die ze op een primus op de binnenplaats maakte.[1]
- Het woord 'kruimeltaartjes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron Anya von Bremzen (vert. Pieter de Smit)“Mijn Russische geschiedenis: de kunst van het koken in drie generaties vrouwen” (2015), Ambo/Anthos B.V., Amsterdam, ISBN 9789026331138, hfst. 2