koukleumde
- Geluid: koukleumde (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɑuklømdə / (3 lettergrepen)
- kou·kleum·de
vervoeging van |
---|
koukleumen |
koukleumde
- enkelvoud verleden tijd van koukleumen
- Ik koukleumde.
- Jij koukleumde.
- Hij, zij, het koukleumde.
- Quintana wilde het kort houden. Hij koukleumde en hij was dringend aan een massage toe. [1]
- Ik koukleumde.
- Het woord 'koukleumde' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.