klokke
- klok·ke
- precies op het ronde uur (altijd in verbinding met een telwoord dat aangeeft om welke tijd het gaat)
- ▸ De laatste dag van maart om klokke vijf krijgen vrijwel alle laatstejaars scholieren in Amerika de uitslag van de universiteiten waarvoor ze zich hebben aangemeld.[1]
- klokke twaalf: precies om twaalf uur
vervoeging van |
---|
klokken |
klokke
- aanvoegende wijs van klokken
- Wie niet afhankelijk wil zijn van de officiële tijdwaarneming, klokke zelf met de hand.
- Het woord klokke staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "klokke" herkend door:
37 % | van de Nederlanders; |
48 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Weblink bron Pia de Jong“Missie geslaagd” (12 april 2016) op nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be